Beste allen,
Ik heb het artikel van Jan Zaanen in het aprilnummer woord voor woord gelezen.
Best amusant, vooral als je het hardop leest. Bijvoorbeeld:
"De AdS/CFT-correspondentie verbindt deze holografie met principes van de
renormalisatiegroepentheorie en de uitkomst is een generalisatie van de fameuze
Wilson-Fisher-renormalisatiegroepentheorie die conventionele kritische toestanden
beschrijft...... De quantumkritische toestand correspondeert aan de gravitationele kant
met een ruimtetijd met een Anti-de-Sitter-metriek, wat een universum met negatieve
kosmologische constante oplevert. ... Hierdoor kunnen de stabiele toestanden van de
veldentheorie die als het ware 'geboren worden' uit de sterk wisselwerkende quantumkritische
materie in kaart gebracht worden, waarbij de gravitationele correspondent van deze
toestanden 'harige' zwarte gaten zijn die in het midden van AdS-ruimtetijd leven. " Enz, etc.
Het lijkt wel door Sokal geschreven, maar voor de gemiddelde NTvN-lezer zoals ik, is het
onbegrijpelijk. Ik maak me zelfs sterk dat het voor de meeste redactieleden - eveneens gemiddelde
NTvN-lezers - ook niet helder is.
Dit brengt me tot de principiële vraag: Wat moet je als peet doen, tegenover een artikel van een
hooggereputeerde hoogleraar, vooral als je hemzelf om het artikel hebt gevraagd?
Zijn we alleen kritisch tegenover artikelen die we onder de pet kunnen houden en kunnen we
tegenover artikelen die ons boven de pet gaan er maar met diezelfde pet naar gooien?
In onze uitnodiging aan buitenlandse fysici om ook artikelen in het Engels voor ons blad te schrijven,
wordt met nadruk gesteld dat het echter wel 'in de NTvN-stijl' dient te gebeuren.
Met het artikel van Zaanen als precedent kunnen we daarbij misschien gewoon het peetsysteem afschaffen.
Beste groet
Herman de Lang