Beste allen
Gezien het grote aantal nieuwkomers in de redactie is het wellicht dienstig
om aan te geven
op welke wijze het tot voor kort gebruikelijk was hoe het peten binnen de
redactie gebeurde.
Wat zijn de taken van een peet?
1) Naar de inhoud: het controleren op de juistheid van de gepresenteerde
fysica
2) naar de vorm: het controleren op de leesbaarheid van het artikel
3) het corrigeren van stijlbloempjes en spelfouten.
Dat is het! Niets minder maar ook niets meer.
Het is de taak van de peet om het artikel van de auteur 'te vervolmaken'
via opbouwende opmerkingen.
Kortom, de peet stelt zich bij het peten geheel in dienst van de auteur
Het is daarbij niet de bedoeling zich als een scherprechter of
schoolmeester belerend op te stellen
en via straffe kritiek de auteur op zijn fouten te wijzen.
Het peten vormt ook geen gelegenheid om met veel ijdel vertoon van eigen
geleerdheid en gedetailleerde annotaties
te demonstreren dat men heus ook wel heel veel van het door de auteur
behandelde onderwerp afweet
Evenmin dient het peten te worden aangegrepen om eigen stylistische
inzichten af te dwingen.
Stijl en woordkeus van de auteur dienen met respect te worden behandeld.
Men dient te bedenken dat een auteur die een artikel voor het NTvN
schrijft, daar veel tijd en moeite aan heeft besteed.
Het valt niet mee om een complex fysisch onderwerp op een voor anderen
leesbare wijze te beschrijven.
Dit kan men ervaren door zelf zo'n artikel te schrijven en niet slechts als
beste stuurman de gemakkelijke positie van de wal te kiezen.
Het schrijven van artikelen voor het NTvN door externe auteurs dient te
worden aangemoedigd en niet
door hard geuite negatieve kritiek te worden afgeschrikt, temeer omdat zo'n
auteur voor zijn al moeite er weinig eer
en prestige voor terugkrijgt. Het komt niet als wetenschappelijk artikel op
zijn literatuurlijst te staan, noch doet
het zijn citatie index stijgen. En per slot van rekening gaat het om
COLLEGA's die bereid zijn om ONS een plezier te doen
Ieder redactielid kan gevraagd en ongevraagd peten. Dat is de reden dat
binnengekomen artikelen aan alle redactieleden
worden toegezonden. Toen ik aantrad gebeurde het ook inderdaad dat alle
redactieleden commentaar gaven.
Om echter te voorkomen dat onverhoopt niemand commentaar gaf werden bij
toerbeurt drie redactieleden officieel als verplichte peten aangewezen.
Om ook te vermijden dat een auteur met drie verschillende peten over hun
opmerkingen moet corresponderen, treedt slechts één van de peten als
hoofdpeet op.
Alle opmerkingen van de peten worden naar de hoofdpeet opgestuurd, door hem
kritisch bekeken en samengevat en naar de auteur geleid.
De hoofdpeet is voor de auteur de discussiepartner en het enige
aanspreekpunt van de redactie.
In mijn begintijd stuurden alle (verplichte en onverplichte) peten hun
commentaren aan alle leden van de redactie. Totdat een artikel
van een redacteur door een peet tot op het bot werd afgebrand (overigens
terecht!). Die redacteur heeft toen verzocht om
peetcommentaren niet meer aan iedereen toe te sturen maar uitsluitend aan
de hoofdpeet.
Uit piëteit is daarmee ingestemd en dat gebruik wordt nu nog gevolgd.
Tenslotte nog iets over het gebruik en niet-gebruik van referenties.
Onder het hoofdredacteurschap van Wim van der Zande werd voor het eerst een
jaarlijks themanummer (Energie) ingesteld.
Een auteur stuurde een kort stukje in met 22 referenties. Dat werd als
excessief bevonden en de ontstane discussie resulteerde
in de afspraak dat voor strict wetenschappelijke artikelen van buiten de
redactie gestreefd zou worden naar gemiddeld vijf referenties maximaal,
al zou daarbij coulance worden betracht, terwijl voor rubriekartikelen,
verzorgd door redactieleden naar geen of zo min mogelijk referenties zou
worden verwezen.
De achterliggende gedachte was dat het NTvN het midden hield tussen
Physical Review Letters (!) en Scientific American (!)..
De PRL-achtige artikelen behoefden wél referenties, de ScAm-achtige
artikelen - net zoals in het originele tijdschtift - geen of nauwelijks.
Als men de "Ken Uw Klassieken"van Vincent Icke - die de rubriek
introduceerde - bekijkt, dan vindt men daarbij dan ook geen referenties.
Het NTvN kent verschillende afwijkende 'tradities' die om derzelver wille
worden gehandhaafd,
zoals het schrijven van 'quantum' ipv 'kwantum' en 'editorial' ipv 'van de
redactie' of zoiets.
Beschouw die als 'taches de beauté' die de karakteristiek van ons blad
verhogen.
Beste groet
Herman de Lang